In de Belgische Westhoek is munitie gevonden.

Er wordt in België van alles georganiseerd om de ‘Groote Oorlog’ van ’14-’18 te herdenken. Het is meer dan 100 jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak en de Westhoek tot één slagveld herschiep.

Nu wordt België, en heel in het bijzonder ‘De Westhoek’, wordt opnieuw geconfronteerd met Wereldoorlog I.

In een wei op de grens van de West-Vlaamse gemeenten Passendale en Moorslede is een grote hoeveelheid munitie aangetroffen. De munitie kwam boven aarde toen een landbouwer een perceel, dat decennia lang diende als wei, wou bewerken tot landbouwgrond. Het zou gaan om enkele duizenden springtuigen uit WOI. Uit analyse is al gebleken dat zeker een deel daarvan giftig is. Het zou gaan om mosterdgas.

De landbouwer ontdekte de explosieven gisteren tijdens het ploegen. "Ik voelde dat er iets niet pluis was. Ik ben het wel gewoon om een bom te vinden, maar dit was een grote hoeveelheid", zegt landbouwer Johan Devriendt.

Het "Memorial Museum Passchendaele 1917" en de heemkundige kring wisten dat er op die locatie een Duitse stelling gelegen was, maar hadden geen idee dat er nog zoveel munitie onder de grond lag.

In de streek komen regelmatig bommen en andere munitie naar boven, maar hier gaat om een van de grootste vondsten in West-Vlaanderen de jongste jaren. "We hebben nu al 200 springtuigen uit de grond gehaald, maar de meeste zitten nu nog in de aarde", vertelt Dirk Gunst van de ontmijningsdienst.

Rond de vindplaats is een veiligheidszone van 150 meter ingesteld

Tine cot cemetery' in Passendale, de stille getuige van de gruwel tijdens WOI.

De ontmijningsdienst

De Westhoek is getroffen door toxische munitie. Net daarom zal het volgens Dirk Gunst van de ontmijningsdienst DOVO vier weken duren om de explosieven op te ruimen.

Vanaf donderdag zet de Dienst voor Opruiming en Vernietiging van Ontploffingstuigen (DOVO) acht mensen in om het 2,5 hectare groot terrein te onderzoeken en ontruimen. ‘Hoe groot de vondst precies is, kunnen we onmogelijk zeggen’, klinkt het bij DOVO. ‘Dat is eigen aan onze job.’

Naar verluidt zou het om honderden of misschien wel duizenden springtuigen gaan. Bij de meeste vondsten bedraagt de hoeveelheid toxische munitie vijf procent maar in dit geval ligt dat een stuk hoger. Dat is ook de reden waarom de ontmijningsdienst bijzonder omzichtig te werk gaat.

De werken gebeuren in nauw overleg met plaatselijke verantwoordelijken, politie en buurtbewoners. Het gebied wordt afgeschermd door de politie zodat verzamelaars geen kans hebben om de bommen te bemachtigen. In het vlakbij gelegen Dadizele werden een tiental jaar geleden al eens 5.000 obussen gevonden.

http://www.deredactie.be/cm/vrtnieuws/regio/westvlaanderen/1.1899946