Wie reist er mee door het Loiredal?
De Loire vallei, een prachtige streek vol geschiedenis en mooie kastelen + het verhaal van Jeanne d'Arc
De streek van de Loire is wereldwijd vermaard omwille van zijn prestigieuze kastelen. Maar het Loire-dal heeft veel meer te bieden. Sinds eind 2000 staat het op de Werelderfgoedlijst van de Unesco.
In het bezoek aan dit bijzonder deel van Frankrijk maken we kennis met de natuurlijke en culturele rijkdom van de streek. De laatste ‘ongerepte’ rivier in Europa heeft de landschappen vorm gegeven en verzamelt alle kastelen aan haar oevers. De Loire is zo Frans als maar kan. In de vallei leefden de koningen ooit als “God in Frankrijk”. Hun tijd is voorbij, maar het “savoir-vivre” blijft!
Ik beschouw ons verblijf in het Loire-dal als een uitgelezen gelegenheid om tot rust te komen, te proeven van de charme van de streek, te genieten van het culinaire en de lekkere wijnen.
We hebben een hotel geboekt in Loches, een gezellig middeleeuws stadje. Van daaruit kunnen we alle kanten uit om zoveel mogelijk te zien en cultuur en natuur te ontdekken.
De Loire-vallei is te lang en groot om op 5 dagen alles te zien. Dus we plannen vooraf wààr we heen willen, wat we willen zien en bezoeken. We maken een selectie van de kastelen en besluiten welke we nu zeker grondig willen bezichtigen. Het zijn er minimum drie of vier. Misschien hebben we later nog de kans om terug te keren en andere kastelen te zien. We zullen ook de steden Orléans, Chinon, Tours bezoeken. En we plannen om de natuur en vooral wijngaardvelden in te rijden, stoppen bij wijnboeren, het stadje Loches (met zijn geschiedenis) zien en richting Saumur te rijden waar enkele aparte toeristische attracties en plekjes zijn.
Elke morgen genieten we van een ontbijtbuffet in het hotel. Dan wordt de planning van ‘die dag' erbij genomen en weg zijn we. Het is stralend weer, we picknicken 's middags en stoppen als we er zin in hebben. Geen haast, geen uurwerk, geen “moeten” ... gewoon wij twee … zalig genieten! “Du pain, du vin et du boursin”. Een stokbrood, wat beleg en drank. Er zijn zoveel picknickmogelijkheden in de streek!
‘s Avonds komen we moe maar voldaan terug op de hotelkamer. We nemen we een douche en genieten van een heerlijk avondmaal in het stadje Loches. Nog een avondwandeling terug naar het hotel en … dromen van zoveel moois!
Tot daar … zoals we ee
ORLÉANS
Samen met Tours en Angers vormt Orléans een van de drie grote steden in het Loire-dal. Orléans heeft geen kastelen maar wel andere bezienswaardigheden.
Place du Martroi
Dit grote plein met het ruiterstandbeeld van Jeanne d’Arc is min of meer het symbool van de stad. De elegante arcaden aan de Rue Royale en de 18de en 19de eeuwse gevels van de gebouwen en herenhuizen verlenen het centrum van Orléans een statig karakter.
De sfeer is helemaal anders als je de oude binnenstad bezoekt.
Hier zijn middeleeuwse en renaissance huizen en de gezellige voetgangersstraten die bij de rivier, de Loire uitkomen.
Enkele bezienswaardigheden zin Orléans zijn:
Hôtel Groslot (stadhuis) : dit is een imposant renaissance huis van rode baksteen afgewisseld met natuursteen in ruitpatroon gebouwd.
De Cathédrale Ste-Croix : aan dit bouwwerk werd 700 jaar geleden begonnen. Het godshuis, dat gekenmerkt wordt door twee open filigraantorens, werd in de 17de en 18de eeuw afgewerkt. De lambrizering, schilderijen en de crypte beheersen het interieur.
De Rue Royale (brede laan met boomgalerijen) is een straat uit de 18de eeuw. Elegante gevels en bogen over een lengte van 330 meter leiden naar de Pont George V. Dit is de barokke Loirebrug die in gelijkaardige stijl is gebouwd.
La maison de Jeanne d’Arc : de hoge vakwerkgevel steekt af tegen de moderne omgeving van de place du Général-de Gaulle. De ganse wijk heeft zwaar geleden onder bombardementen van 1940. De maagd van Orléans woonde in april 1429 in dit her-opgebouwde huis. Hierin is nu een tentoonstelling aan haar leven gewijd – er is een audiovisuele presentatie te zien over het beleg van Orléans dat op 8 mei 1429, dank zij Jeanne werd opgeheven.
Le centre de Jeanne d’Arc : dit centrum stelt zowel voor de inwoners van orléans als voor bezoekers een filmarchief, een bibliotheek, een verzameling microfilms en een fotoarchief ter beschikking, met alles wat ooit over jeanne d’Arc is gezegd, geschreven of verfilmd.
Op de Quai Fort-des-Tourelles staat een standbeeld van Jeanne d’Arc, een herdenkingskruis en een inscriptie in de kademuur
Ja, wie zegt Orléans, denkt aan Jeanne d’Arc.
Wie was dat meisje dat men ‘de maagd van Orléans heette? Wat weten we van haar?
Het verhaal van Jeanne d’Arc , het boerenmeisje geboren in 1412, in het kleine Franse dorpje Domrémy, zal nog veel eeuwen worden verteld. Zij was zeer vroom en toen ze ongeveer dertien jaar oud was hoorde ze stemmen van heiligen die haar zeiden dat ze Frankrijk moest redden!
Toen ze zeventien jaar oud was en Orléans door de Engelsen bezet werd, ging ze - zonder dat haar ouders het wisten – tot tweemaal toe naar commandant Baudricourt om hem te overtuigen van haar missie. Deze bestond erin om Orléans te ontzetten en de kroonprins ter kroning naar Reims te voeren. Aanvankelijk weigerde hij, maar na een derde ontmoeting stuurde hij haar met 4 begeleiders naar de koning in Chinon.
Op 20 februari 1429 vertrok Jeanne d’Arc, te paard en in mannenkleren. Ze werd ontvangen door Karel VII en er werd nagegaan of haar roeping wel van God kwam onder andere door een onderzoek naar haar maagdelijkheid.
De situatie voor de Fransen was uitzichtloos. Na de dood van Karel VI had Frankrijk geen koning en zijn zoon, kroonprins Karel VII, vertoefde afwisselend in Bourges, Chinon en Loches. Volgens de traditie was je pas koning als je gekroond en gezalfd was in Reims.
Maar het Noorden was grotendeels in handen van de Engelsen en zij wilden het regentschap voor Hendrik VI, koning van Frankrijk en Engeland. De Engelsen bezetten Orléans en overwogen ze de gevangenneming van Karel VII. De 100-jarige oorlog was een van de meest kritieke momenten in de geschiedenis van Frankrijk!
De tussenkomst van Jeanne d’Arc
Op 29 april reed Jeanne d’Arc onder luid gejuich van de menigte de stad Orléans binnen. Ze stelde de Engelsen meteen voor een ultimatum: “Geef deze door God gezonden Maagd de sleutels terug van alle goed steden die gij in Frankrijk hebt ingenomen en geschonden .. God, de koning des Hemels, heeft mij opgedragen om u tot de laatste man uit heel Frankrijk te verdrijven”
Op 4 mei werd de Bastille St-Loup buiten medeweten van Jeanne d’Arc aangevallen door het leger van de Franse koning. Daarop besloot ze een uitval te doen, waarbij ze met de banier in de hand voorop reed, en zo bezegelde zij de overwinning. In de vroege mogen van 6 mei leidde Jeanne d’Arc zelf de bestorming van de Bastille des Augustins.
Ook deze keer wist zij door haar onverschrokken optreden verwarring te zaaien onder de Engelsen. Door deze tweede overwinning nam haar populariteit verder toe.
Jeanne hervatte op 7 mei het offensief, tegen de wil van de gouverneur. Toen ze in de eerste linie afstormde, werd ze door de pijlpunt uit een kruisboog in haar schouder getroffen. Maar Jeanne liet zich niet kisten en trok opnieuw ten strijde, haar vaandel in de hand : “Alles is van u, naar binnen dus!”
Aangestoken door haar strijdlust bestormden de Franse troepen het bastion en de Engelsen moesten het Fort des Tourelles prijsgeven.
Op zondag 8 mei trokken de Engelsen zich uit de laatste verdedigingswerken terug en braken het beleg op. De zegevierende Jeanne d’Arc werd door Orléans in triomf ontvangen.
Na de bevrijding van Orléans liet de kroonprins zich door Jeanne overtuigen dat het tijd was om zich te laten kronen. Na een lange en vermoeiende tocht te paard werd Karel VII op 17 juli gekroond en gezalfd tot koning, in de kathedraal van Reims.
Tijdens de plechtigheid hield Jeanne d’Arc haar standaard boven de koning. Ze werd vereerd als een heilige.
Op 23 mei 1430 kwam een einde aan de heldenfeiten van Jeanne d’Arc. Na een mislukte aanval op Parijs werd ze gevangen genomen.
Zes maanden later werd ze verkocht aan de Engelsen en de bisschop van Beauvais beschuldigde haar van ketterij. Op 30 mei 1431 werd ze ter dood veroordeeld.
Het moedige, 19-jarige ‘boerenmeisje’ – de maagd van Orléans genoemd - liet het leven op de brandstapel in Rouen.
Karel VII, die zijn kroon aan haar dankte, had geen enkele poging gedaan haar te redden.
Dat was onze eerste dag van de Loire-reis en zoals gezegd, in het begin – in Orléans zijn geen kastelen maar wel een boeiende geschiedenis over een jonge, moedige ‘maagd’.
Maak jouw eigen website met JouwWeb