Een bezoek aan Arras

We rijden we naar Arras (Noord-Frankrijk)

Alhoewel Arras een Franse stad is en we alleen Frans horen spreken, vind ik dat het ook zo’n beetje een Vlaamse stad lijkt. De gebouwen op de 2 belangrijkste pleinen hebben Vlaamse gevels en ook het Belfort is gebouwd in Vlaamse stijl.

 

Wandel met ons mee in de hoofdstad van Nord Pas-de-Calais.

 

In Arras zijn 2 grote pleinen, Grand Place en Place de Héros. Ze worden vaak de Vlaamse pleinen genoemd. Beide pleinen dateren uit de 11de eeuw. De Grand Place, is al sinds die eeuw de marktplaats van de stad. Dit plein was omzoomd met houten huizen. Tijdens de 16de eeuw gebood Filips II, tot het bouwen met stenen of bakstenen, maar zonder uitsteeksels. Deze architectonische beperkingen worden in de eerste plaats opgelegd voor vrijheid, maar ook om de stad te verfraaien. Zo ontstond een unieke samenhang in Europa van 155 gevels in de Vlaamse barokstijl. Er werden talrijke smalle huizen loodrecht op de pleinen gebouwd, zodat de kleine handelaars elk hun plaats hadden voor een eigen ‘uitstalraam’. Vanaf de 17de eeuw waren alle huizen door stenen gebouwen vervangen.

Hierdoor tonen de pleinen een uitzonderlijke homogeniteit, in Vlaamse barokstijl. De 155 huizen (17de en 18de eeuw) zijn versierd met pilaren, muurankers, gebogen frontons en puntgevels met voluten. Het oudste huis (15de eeuw) is het hotel des Trois Luppars, met zijn mooie trapgevel.

 

Grand Place

Dit plein is meer dan 1 hectare groot. We zien veel prachtige Vlaamse gevels rond een héél groot plein, doch alles wat we zien is heropgebouwd. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was het net als Ieper niet bezet door de vijand maar het lag wel aan de frontlijn. Door de beschietingen werd zowat alles verwoest in de stad.

Sinds de Middeleeuwen is de geschiedenis van de pleinen van Arras verbonden met die van haar markten. Op zaterdagvoormiddag is dit plein, samen met het aangrenzende Place des Héros, de locatie voor een grote markt. Vroeger werd de markt alleen gehouden onder de arcaden (overdekte bogen) aan de huizen. Het is een kleurrijke afspraak die men niet mag missen.

Place de Héros (Heldenplein)

De place des Héros is kleiner en levendiger. Het stadhuis met het belfort is is het meest opvallend gebouw op dit plein.

Het stadhuis werd verwoest in 1914 en opnieuw opgebouwd in gotische- en renaissancestijl. Het heeft een mooie gevel met ongelijke bogen.

 

Het kan ook bezocht worden en er is een museum in de kelders. Een rondleiding is alleen mogelijk in juli en augustus.

Wie een uitzicht over de stad wil, kan terecht op het belfort (75 meter en de eerste 40 meter zijn per lift bereikbaar). Op de toren prijkt de (Vlaamse) leeuw, het symbool van Arras. De beiaard heeft 40 klokken.

Onder dit heldenplein zijn veel onderaardse gangen gegraven in de kalkrotsen. Les Boves, zoals deze gangen noemen, zouden in totaal 25 kolometer gangenstelsels hebben. De eerste zouden dateren uit de 10de eeuw, sommigen beweren zelfs dat het teruggaat tot de Romeinse periode. Tijdens de Eerste Wereldoorlog was het een dankbare schuilplaats en kregen de gewonde Engelse soldaten hier de nodige eerste zorgen toegediend. De temperatuur is er constant 11 graden en dus een ideale plaats om wijn te bewaren.

Deze onderaardse gangen kunnen met een gids bezocht worden, maar dit weekend als wij hier verblijven, zijn alle musea en bezoeken gesloten door de terreuraanslagen in Parijs.

’s Avonds is de stad heel mooi. Deze belangrijke monumenten van Arras zijn verlicht en laten zich van hun mooiste kant zien. Zo hebben we een nieuw excuus om een avondwandeling te maken. In het teken van de terreur was het stadhuis verlicht in de Franse kleuren.

 

De kathedraal

De kathedraal is moeilijk herkenbaar door het ontbreken van een noemenswaardige toren . Momenteel zijn restauratiewerken bezig aan de buitenkant van de kathedraal. De kerk kreeg immense afmetingen en een imposante trap.

 

Abdij Sint-Vaast

De abdij werd gesticht in de 7de eeuw. Ze bevat relikwieën van de H. Vaast, eerste bisschop van Arras. Het voorportaal, met daarboven het wapenschild van de abdij, komt uit op een mooi binnenplein.

De buitengewone omvang van het huidige bouwwerk geeft erg duidelijk weer hoe groot de economische en spirituele rol was die het heeft gespeeld in de artistieke en culturele uitstraling van de stad door de eeuwen heen.

Van de oude abdij is alleen de vroegere kloostergang nog overgebleven. In deze gebouwen is nu het ‘Museum voor Schone Kunsten’ gehuisvest. Het is het belangrijkste museum van Arras en bezit een waardevolle collectie. Hier bevinden zich mooie herinneringen aan het verleden van Arras, zoals archeologische vondsten, middeleeuwse beelden, wandtapijten uit de 15de eeuw, de kerkschat van de kathedraal, porselein, schilderijen van Franse, Nederlandse en Vlaamse schilders, waaronder het werk van Rubens.

Hier bevindt zich ook een ultramoderne mediatheek (opvolger van de grote bibliotheek van Saint-Vaast). Hier, in deze historische stad ligt één van de originele, handgeschreven delen van de voorhoofse ridderroman Karel ende Elegast.

 

Maison de Robespierre

Arras is ook de stad van Robespierre. Hij werd in deze stad geboren in 1758, hij studeerde af als advocaat in Parijs en verbleef dan nog twee jaar in dit huis in Arras (1787-1789). Hij was een belangrijk figuur tijdens de Franse Revolutie en heeft honderden zoniet duizenden mensen laten terechtstellen op de guillotine. Hij voerde een waar terreurbewind en niemand voelde zich veilig. Uiteindelijk, in 1794, stierf ook hij op het schavot, waarna de revolutie werd beëindigd.

Nu is er een museum in gevestigd

Nog een paar beelden

En in dit visrestaurant hebben we héél lekker gegeten!

Het was een mooie uitstap.